De D4D (diesel)motor van de Toyota RAV4 uit bouwjaar 2002 houdt in tijdens het rijden en krijgt de auto niet boven de 60 kilometer per uur. De storing is echter niet permanent en komt en gaat te pas en te onpas, wat de diagnose naar de oorzaak van het probleem bemoeilijkt.
In de werkplaats leest de monteur met de diagnosetester de motorregeleenheid uit en constateert foutcode P1228 – Brandstof-toemetingseenheid / Regelafwijking. Simpelweg de storing wissen lost het probleem niet op en omdat het probleem zich niet permanent voordoet, besluit de monteur na onderzoek naar mogelijke oorzaken contact op te nemen met de Automotive Techline van onderdelenleverancier Mijngrossier.
Bekend probleem
Uit de omschrijving van het probleem door de monteur, herkent de Hotline medewerker een voor dit type auto en motor bekend probleem. De elektromechanische brandstof aanvoer en retour klepjes in de brandstofpomp zijn kwetsbaar, gaan haperen en bewegen uiteindelijk helemaal niet meer.
De monteur is ook bekend met dit probleem, maar geeft aan dat de klepjes een jaar geleden reeds vernieuwd zijn en het niet aannemelijk is dat ze na zo’n korte tijd alweer stuk zijn. Omdat de klepjes nog relatief nieuw zijn, besluiten de helpdeskmedewerker en monteur gezamenlijk om wat additionele tests te doen om een en ander uit te sluiten.
Zo wordt onder andere de overdrukklep op de hogedruk rail gecontroleerd die in orde blijkt te zijn. Tevens wordt gecontroleerd of er slijpsel in het brandstoffilter zit, maar deze blijkt schoon te zijn. Het advies van de helpdesk om de retourflow te meten kon bij deze auto niet uitgevoerd worden omdat de verstuivers onder het kleppendeksel gemonteerd zijn.
Verwarmen met föhn
De monteur besluit vervolgens om toch de klepjes te controleren. Hij demonteert ze, blaast ze schoon en test ze met een batterijtje door ze een keer of tien te bedienen. Tot zover lijken de klepjes in orde want ze functioneren zoals ze zouden moeten doen. Vertrouwen doet de monteur de klepjes echter nog steeds niet waarop hij besluit ze iets te verwarmen met een föhn.
Nu komt er schot in de zaak, want één van de klepjes begint te haperen zodra deze bedient wordt. De iets verwarmde klep neemt volgens de monteur gezien de vonkjes op de batterij nog wel steeds stroom op, maar ging hoorbaar niet meer open. Ook kon de monteur de klep niet doorblazen omdat deze dicht blijft staan. Een nieuwe set klepjes wordt besteld en gemonteerd, waarna de motor weer als vanouds draait.
De redenen dat de klepjes stuk gaan zijn uiteenlopend en kunnen variëren van onder andere kwalitatief minder goede of vervuilde brandstof, waar en in welk land er getankt is, tot het gebruik van onjuiste brandstoffilters.