Een Peugeot 308 1.6 VTI uit 2008 houdt in, draait niet mooi stationair en heeft een foutcode. De monteur begint het één en ander aan onderdelen te wisselen.
Na het uitlezen van het motormanagementsysteem gaat de monteur aan de slag en wisselt bobines uit met een donorauto en vernieuwd de bougies. Omdat deze werkzaamheden geen verbetering brengen, worden als test de injectoren vernieuwd.
Ook deze aanpassingen resulteren niet in een oplossing. Verdere controles laten zien dat de compressie in alle cilinders in orde is en dat de nokkenas op tijd staat. Omdat het autobedrijf vastloopt, wordt de hulp van Automotive Techline van onderdelenimporteur MijnGrossier ingeroepen.
Werking VTi systeem
Het gasgeven bij de Peugeot 308 VTi gebeurt niet door de gasklep open of dicht te doen, maar door de lichthoogte van de inlaatkleppen te veranderen. Hoe verder de inlaatklep open gaat, hoe meer gas er gegeven wordt. De klepslag varieert in deze auto van 0,3 millimeter (stationair) tot 9,5 millimeter bij vollast.
De kleplichthoogte wordt aangepast door een elektromotor die via assen, stoters, nokken en tuimelaars de kleplichthoogte varieert. Dit mechanisme en de lagers erin zijn zeer gevoelig voor slijtage. De geringste slijtage van lagers, speling en ruimte in de componenten zorgt er al voor dat de inlaatklep niet meer voldoende opent.
Het motormanagementsysteem registreert dit en stopt met injecteren van brandstof in de betreffende cilinder. Vervolgens wordt een foutcode aangemaakt en gaat er een waarschuwingslampje in het instrumentenpaneel branden.
Werk aan de winkel
Je kunt het probleem bevestigen door de stekker van één van de nokkenaspositiesensoren los te nemen. Omdat de stekker van de nokkenaspositiesensor wordt losgenomen zal het noodloopprogramma geactiveerd worden. Als het kleplichthoogte-systeem de boosdoener is, zal de motor beter gaan lopen. Dit komt omdat in noodloop de klepslag maximaal is en op hetzelfde moment de gasklep de vermogensregeling overneemt. In deze situatie maken kleine afwijkingen in de mechaniek niet meer uit.
Wis het geheugen van het motormanagementsysteem en maak een proefrit zonder de stekker op de nokkenassensor. Als de motor probleemloos blijft, is er flink wat werk aan de winkel. De monteur voert de opdracht uit en constateert dat de storing weg is. Hieruit kan worden opgemaakt dat het variabele kleplichthoogte-systeem defect is.
Om het kleplichthoogte-systeem te vernieuwen, moet de complete cilinderkop vernieuwd worden. Ook bestaat er een grote kans dat een uitgesleten lager alsnog voor problemen zorgt. Daarom schrijft Peugeot fabrikant PSA voor om de cilinderkop volledig te vernieuwen.